Arboregels voor zzp’ers in een notendop

Auteur: Adri Frijters (arbeidsadviseur)

22 februari 2020

Wetgeving

Het aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp’er) blijft groeien. Zowel de zelfstandige zelf als de inhurende partij denken dat voor de zzp’er minder wettelijke arboregels gelden. Zo denken opdrachtgevers vaak dat arbeidsomstandigheden met de inhuur van een zzp’er niet langer hun verantwoording zijn. Ten onrechte?

De misvatting dat er minder arboregels voor zzp’ers gelden kan grote gevolgen hebben. Zeker bij productiewerk. Want juist daar verdient veilig en gezond werken dikwijls veel aandacht.

In dit artikel behandelen we 1. De zzp'er volgens de Arbowet; 2. De arboregels voor zzp’ers; 3. Gebruik van arbeidsmiddelen door zzp’ers; 4. Enkele voorbeelden; 5. Conclusies.

1. Wil de echte zzp’er opstaan?

De Arbowet geeft een andere uitleg aan de begrippen ‘zzp’er’, ‘werkgever’ en ‘werknemer’ dan overige wet- en regelgeving waarmee we te maken hebben. In dit artikel hebben we het alleen over de werkgever en de zzp’er. Voor die laatste hanteert de Arbowet deze definitie: “Een zzp’er is binnen de regelingen van de Arbowet een persoon die geheel zelfstandig werkzaamheden verricht”.

De zzp’er heeft een resultaatverplichting, bepaalt zelf de inzet van materieel (gereedschap, (klim)gereedschap en hulpmiddelen) en kiest zijn materiaal ook zelf. Daarnaast bepaalt de zzp’er geheel autonoom zijn manier van werken op basis van een prestatieovereenkomst.

De werkgever-werknemerrelatie

Zodra de opdrachtgever aanwijzingen geeft die de uitvoering van het werk aangaan, is er sprake van een werkgever met een werknemer. De zelfstandige is dan voor de wet een medewerker. In de bouw, maar ook in andere sectoren, bepaalt de opdrachtgever vaak de materiaalkeuze, de keuze voor het gereedschap en de werkwijze. De opdrachtgever geeft deze aanwijzingen, de zzp’er krijgt deze aanwijzingen. Deze zzp’er heeft dan geen resultaatverplichting, maar een inspanningsverplichting. Bovendien krijgt hij per uur uitbetaald. In die gevallen is er voor de Arbowet sprake van een werkgever-werknemerrelatie.

Twee of meer zzp’ers die samen een ‘klus klaren’ moeten onderling afstemmen en afspraken maken. Die afspraken gaan over de uitvoering van de werkzaamheden. De zzp’er die leidend is bij het maken van die afspraken is in zo’n geval de werkgever voor de overige?zzp’ers op die klus. Die overige zzp’ers zijn voor de Arbowet werknemers.

2. De arboregels voor zzp’ers

  • Een zzp’er die helemaal alleen werkt, dus zonder andere werknemers in zijn omgeving, hoeft zich niet aan alle arboregels te houden. Maar een zzp’er die op een klus zit waar ook anderen aan het werk zijn – dat kunnen ook zzp’ers zijn – moet zich aan nagenoeg alle wettelijke arboregels houden. Hieronder vallen ook de afspraken zoals die zijn vastgelegd in de Arbocatalogus.
  • Arboregels bedoeld om de veiligheid en gezondheid te bewaken met organisatorische maatregelen, gelden niet voor een zzp’er. Denk hierbij aan de verplichte risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) en het maken van een zogeheten taak-risicoanalyse (TRA). Wel van toepassing zijn alle arboregels die direct gevaren beperken. De reden: het gaat hier om regels en afspraken die bedoeld zijn om de zzp’er zelf, maar ook anderen te beschermen tegen de gevaren die voortvloeien uit het werk. Als deskundige kun je dan ook serieuze vraagtekens zetten bij het niet hoeven uitvoeren van organisatorische maatregelen als een TRA of RI&E.
  • Zzp’ers die volledig alleen op een klus zitten mogen geen arboregels overtreden die gaan over ernstige risico’s.
  • De wet ziet zzp’ers die aanwijzingen opvolgen als werknemers van degene die de aanwijzingen geeft. In zulke gevallen geldt de hele Arbowet met alle besluiten en ook de relevante Arbocatalogus.

3. Gebruik van arbeidsmiddelen

De arbeidsmiddelen waarmee mensen werken moeten aan alle eisen voldoen, ook bij gebruik door een zzp’er. Bij het werken met die arbeidsmiddelen moeten gebruikers alle voorschriften volgen en alle beveiligingsmaatregelen toepassen. Bij gebruik en onderhoud van de machines en gereedschappen geldt de handleiding.

Gebruikt de zzp’er een arbeidsmiddel dat hem ter beschikking wordt gesteld, dat hij leent of dat hij huurt, dan is hij tijdens het gebruik bovendien verantwoordelijk voor de technische staat van dat middel. Dit betekent concreet dat de zzp’er aanspreekbaar is op een vervoersmiddel, steiger of rolsteiger met gebreken. En dat hij daarvoor ook de eventuele boete krijgt (een zelfstandige die even een ladder leent van de gebouwbeheerder om lampen te verwisselen, is tijdens het gebruik van die ladder verantwoordelijk voor de technische staat ervan).

4. Een paar voorbeelden

Maatregelen die direct de veiligheid bevorderen zijn van toepassing op alle zzp’ers. Dat geldt bijvoorbeeld bij werken op hoogte en bij werk waarbij persoonlijke beschermingsmiddelen nodig zijn.

Werken op hoogte

Bij werken op hoogte is sprake van een direct gevaar voor de zzp’er of zijn omgeving. Dit betekent dat voor de zzp’er dezelfde arboregels gelden als voor een werknemer, ongeacht of hij alleen op de werkplek aanwezig is of dat er ook anderen zijn. Dus ook de zzp’er mag alleen bij uitzondering werken op een ladder. Ook hij mag niet zonder randbeveiliging een rolsteiger opbouwen. Ook hij mag niet werken op een rolsteiger die niet is opgebouwd volgens de handleiding.

Persoonlijke beschermingsmiddelen

Het gebruik van PBM is verplicht voor zzp’ers als bescherming tegen gevaarlijke en kankerverwekkende stoffen zoals kwarts, houtstof of asbest. Daarbij kan het gaan om adembescherming, veiligheidsbrillen, -schoenen en -handschoenen of veiligheidskleding. Ook een zzp’er mag niet zomaar werken met asbest.

Ergonomie en lawaai

Bepalingen die gaan over ergonomie (bij fysiek zwaar werk) en bescherming tegen lawaai zijn alleen van toepassing bij werken in een omgeving waar ook anderen werken. Is de zzp’er zonder anderen in zijn omgeving aan het werk en werkt hij niet op aanwijzing van anderen, dan is het zijn eigen keus om zichzelf al dan niet te beschermen. In een loods slijpen, schuren en boren aan een boot zonder gehoorbescherming, mag dus. Of de zzp’er zichzelf daarmee een plezier doet, is een ander verhaal …

Wel moet de zzp’er altijd gevaar voor derden voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan wegspringende delen die anderen kunnen raken. Of aan vallende materialen of voorwerpen bij werken op hoogte. Of aan giftige dampen bij het werken met gevaarlijke stoffen.

5. Conclusies

Voor ondernemers zonder personeel is nagenoeg de hele Arbowet van toepassing. De uitzonderingen zijn zo ondergeschikt dat die geen effect hebben op de uitvoering van het werk.

Voorop staat dat het volgen van de wet alleen maar voordelen heeft voor de veiligheid en gezondheid van de zzp’er. Zeker als we ons realiseren dat de wet en de daaruit voortvloeiende bepalingen en afspraken zijn bedoeld om mensen zo lang mogelijk gezond (aan het werk) te houden. Dit is iets wat voor een zzp’er in het bijzonder van belang is. Want kan hij niet werken, dan heeft dit direct gevolgen voor het inkomen.